TWEEDE GRAAD CREATIE EN MODE DERDE GRAAD CREATIE EN MODE Vakken Godsdienst Nederlands Frans Engels Lichamelijke opvoeding Aardrijkskunde Geschiedenis Natuurwetenschappen Wiskunde Creatie, kostuum- en kunstgeschiedenis Sociale en communicatieve vaardigheden Vormgeving Praktijk technologie en organisatie 3e jaar 2 4 2 2 2 1 1 2 3 4 2 4 4 33 4e jaar 2 4 2 2 2 1 1 2 3 4 2 4 4 33 Vakken Godsdienst Nederlands Frans Engels Lichamelijke opvoeding Aardrijkskunde Geschiedenis Natuurwetenschappen Wiskunde Creatie, kostuum- en kunstgeschiedenis Materiaalonderzoek Marketing en distributie Vormgeving & computertekenen Praktijk technologie & organisatie Sociale en communicatieve vaardigheden In de tweede graad ‘creatie en mode’ verwerf je een stevige basisvorming in het belangrijk pakket ‘algemene vakken’. Tijdens specifieke vakken leer je in kleinere opdrachten hoe je originele en persoonlijke creaties in verschillende materialen en technieken kan ontwikkelen om zo tot een prototype te komen. Het is belangrijk dat je je aangesproken voelt door het creatieve, het vertalen van persoonlijke ideeën naar een modeconcept en dat je interesse hebt in diverse thema’s. Ontwerpen worden theoretische ontleed en je zal leren nadenken over de verschillende aspecten van de productcyclus. Binnen de lessen ‘Creatie’ wordt je creativiteit optimaal aangesproken. Je ontwikkelt waarnemingsvermogen en visueel geheugen. Dit om bij het vormgeven tot een authentiek ontwerp te komen. Het zoeken op vorm staat hier centraal. Ondanks de grote vrijheid die je krijgt moet je de ontwerpen kunnen vertalen in produceerbare en verkoopbare concepten. In de lessen ‘Vormgeving’ zet je het ontwerp om in een productierijp patroon. Ook hier staat het zoeken op vorm centraal. Je gebruikt het professioneel computerprogramma Gerber voor vormgeving en technisch tekenen. In de lessen ‘Praktijk’ analyseer je grondig het ontwerp en bestudeer je de manier van produceren. Je houdt rekening met prijs, kwaliteit, ergonomie, milieuvriendelijkheid en werkorganisatie. Dit opzoekwerk leidt tot de realisatie van prototypes. 5e jaar 2 2 2 2 2 2 1 3 5 1 1 5 5 1 34 6e jaar 2 2 2 2 2 2 3 5 1 1 6 5 1 34 In de derde graad ‘creatie en mode’ ondersteunt de algemeen theoretische vorming de creatief-modieuze component. Een stevig pakket ‘algemene vakken’ is in evenwicht met de creatieve- en modevakken om een vlotte doorstroming naar het hoger onderwijs te garanderen. In specifieke vakken leer je je eigen ideeën vertalen tot een nieuw modeconcept. Je zal voornamelijk werken met ruimere opdrachten waarbij veel aandacht gaat naar het oplossingsgericht en zelfsturend leren werken door gebruik te maken van een gestructureerd stappenplan. Je ontwikkelt verder je waarnemingsvermogen en visueel geheugen. Je doorloopt de verschillende stappen in de ontwikkeling van een ontwerp: van patroon tot prototype (proefmodel). Via een samenspel van marktonderzoek, patroontekenen, materiaalontleding en -verwerking, computer en werkorganisatie verdiep je je in de modewereld. Het eindresultaat leer je presenteren en ook zelf beoordelen. De lessen ‘Kostuum- en kunstgeschiedenis’ werken ondersteunend bij de lessen creatie. In de lessen ‘Creatie’ wordt je creativiteit optimaal aangesproken om tot een authentiek ontwerp te komen. In de lessen ‘Vormgeving’ maak je patronen en snijplannen. Jouw ontwerp zal de verschillende fasen van de modelontwikkeling doorlopen. Het technisch dossier leg je vast op de computer. Door vele praktische opdrachten leer je open staan voor nieuwe technieken en leer je inzicht verwerven in realisaties. Je analyseert ontwerpen, bestudeert de produceerbaarheid en de ergonomie bij het uitvoeren van het werk. Dit opzoek- en studiewerk leidt tot de realisatie van authentieke prototypes in de praktijklessen. De verworven kennis wordt in het zesde jaar getoetst aan de hand van een GIP (geïntegreerde proef). Voor deze jaaropdracht bedenk je rond een gekregen thema een concept, voer je een creatie uit en presenteer je je werk voor een jury.
12 Publizr Home