5

Bijvoorbeeld: hoe kun je het ritme van een muziekstuk verbinden met het ritme van een beeld? Bijvoorbeeld: hoe kun je een versnelling in een muziekstuk in woord omzetten? We bespreken drie mogelijkheden om artistieke expressievormen met elkaar te verbinden. Uiteraard zijn er combinaties en variaties mogelijk. Idealiter vertrekken de leerlingen vanuit een onderzoeksvraag gekoppeld aan een waarneming. Bij de voorbeelden wordt telkens vertrokken vanuit de vraag: ‘Hoe is het om op een drukke markt rond te lopen?’ Een laagdrempelige manier om interdisciplinair te werken is een cultureel thema afzonderlijk te benaderen vanuit minstens twee artistieke expressievormen. Tijdens het toonmoment worden de artistieke expressievormen met elkaar verbonden. Dat is een beperkte manier om interdisciplinair aan de slag te gaan omdat de artistieke expressievormen tijdens het creëren niet actief met elkaar in interactie gaan. Bijvoorbeeld: leerlingen werken een collage uit rond het thema ‘drukke markt’. Daarnaast wordt dat thema aan de hand van stem en instrumenten muzikaal uitgewerkt. In het toonmoment wordt de opgenomen audio samen gepresenteerd met de gemaakte collage. Een tweede interdisciplinaire aanpak houdt in dat je creëert met een artistieke expressievorm en het resultaat gebruikt als basis om met een andere artistieke expressievorm op verder te werken. De interactie tussen de beide artistieke expressievormen staat daarbij centraler. Tijdens het toonmoment worden beide artistieke expressievormen samen gepresenteerd. Bijvoorbeeld: leerlingen onderzoeken vanuit verschillende invalshoeken hoe het is om op een drukke markt rond te lopen (bijvoorbeeld looplijnen, persoonlijke ruimte, bewegingen die mensen maken tijdens het verkopen, verbale en non-verbale communicatie). De ervaring van de markt wordt omgezet naar dans waarbij leerlingen zowel individueel als in groepjes op elkaar reageren. De onderzochte bewegingen worden vervolgens omgezet naar woord. Een mogelijk resul22 taat kan er als volgt uitzien ‘Kriskras en om ter luidst roepen. Over elkaar heen roepend plaats ik een bestelling. Rechte lijnen bestaan hier niet. Mensen verdwijnen in elkaar en worden één dreunende massa.’ Een derde manier om interdisciplinair aan de slag te gaan, is om artistieke expressievormen direct met elkaar te combineren. Ze worden constant op elkaar afgestemd en verbonden in de creatie(s). Tijdens het toonmoment versterken de artistieke expressievormen elkaar tot een geheel. Bijvoorbeeld: de leerlingen maken een wandeling op een drukke markt. Er worden foto’s genomen (bijvoorbeeld verschillende functies, scènes, houdingen), diverse audiofragmenten opgenomen (bv. dialoog tussen mensen, marktkramer, algemeen geluid, voorbijrijdende auto’s), looplijnen getekend van de weg die mensen afleggen (treuzelend, recht op het doel af, terugkerend, heen en weer). Vanuit de verzamelde gegevens ontwikkelen de leerlingen vervolgens een ‘geluid- en bewegingsspel’. De verschillende functies van de markt en de uiteenlopende manieren van gedrag worden uitgewerkt via mode. Tijdens het toonmoment presenteren de leerlingen hun ervaring van de markt. Gedrag en interacties worden weergegeven via een samenwerking van beeld (bijvoorbeeld een ‘treuzelend’ kostuum), geluid (via jabbertalk en body percussion) en drama (gesticulaties, mimiek). Cultuur maakt interactie mogelijk tussen mensen onderling en tussen mensen en dingen. En hoe organiseer je dat dan? Cultuur organiseren via verschillende artistieke expressievormen doe je niet zomaar in een lesuur. Uiteraard kun je eens een les spenderen aan een specifieke techniek of een culturele uitstap. Vaak zijn er echter kansen om daarop verder te werken en de les binnen een lessenreeks te

6 Publizr Home


You need flash player to view this online publication