0

ARTISTIEKE VORMING IN DE PRAKTIJK Een aantal scholen gaat vandaag aan de slag met het nieuwe leerplan Artistieke vorming. Hoe wordt het in de praktijk ingevuld? Wat zijn de klemtonen van het leerplan? Dit artikel wil je laten kennismaken met de inhoud van dat leerplan, geïllustreerd met enkele voorbeelden uit scholen.

Leerplan Artistieke vorming Katholiek Onderwijs Vlaanderen biedt binnen de algemene vorming naast de leerplannen Beeld en Muziek vanaf dit schooljaar ook het leerplan Artistieke vorming aan. (https://pincette.katholiekonderwijs.vlaanderen/meta/properties/ dc-identifier/Cur-20190320-28) Het leerplan Artistieke vorming is een interdisciplinair leerplan. Dat wil zeggen dat er vaardigheden en kennis van verschillende kunsttalen (artistieke expressievormen) met elkaar gecombineerd worden om zo dieper inzicht te krijgen in cultuur en de manier waarop we betekenis geven aan de wereld om ons heen. Artistieke vorming wil bij leerlingen een brede esthetische gevoeligheid ontwikkelen voor cultuur en haar expressiemogelijkheden. Het onderscheid tussen vakgericht en interdisciplinair is niet zwart-wit. Als leraar werk je soms vanuit je eigen vak, vanuit lessen, opdrachten of projecten waarbij je andere vakken betrekt en inzet op multi- of interdisciplinariteit. Omgekeerd kunnen binnen een interdisciplinair leerplan bepaalde opdrachten of lessen een vakgerichte focus hebben. Artistieke vorming wil bij leerlingen een brede esthetische gevoeligheid ontwikkelen voor cultuur en haar expressiemogelijkheden. Daarnaast zet Artistieke vorming in op heel wat leerplandoelen van het Gemeenschappelijke funderend leerplan, zoals samenwerken, onderzoeken, ontwerpen, creatief denken, kritisch denken, empathie. Door leerlingen binnen Artistieke vorming onder te dompelen in verschillende artistieke expressievormen en ze in contact te brengen met diverse culturele thema’s, ontdekken ze diverse talenten en interesses. Lessenreeks met als thema ‘klanken en kleuren’ Leerlingen onderzoeken verschillende soorten muziek via beweging. Welke intonaties kunnen ze waarnemen? Zijn er versnellingen, vertragingen, herhalingen? Is er een ritme aanwezig? Er wordt een specifiek fragment gekozen (bv. Mozart ‘Eine Kleine Nachtmusik’). Tijdens het beluisteren van het muziekstuk knippen de leerlingen diverse geometrische en organische vormen uit gekleurde bladen papier. De leerlingen kiezen een kunstwerk dat ze linken aan het muziekfragment. Via de werken van Kandinsky wordt er onderzocht hoe die als schilder muziek in beeld probeerde weer te geven. De kenmerken van het schilderij, de verzamelde vormen en het bewegingsonderzoek worden dan in een grafische partituur omgezet. Die partituur wordt vervolgens in muziek omgezet en vergeleken met het originele stuk. Katrien en Nele – KaSO Mortsel – co-teaching Leren doen de leerlingen door kunst en cultuur te beschouwen, ermee te creëren en door op dat proces van betekenisgeving te reflecteren bij zichzelf en bij anderen. De wisselwerking tussen ‘beschouwen’, ‘creëren’ en ‘reflecteren’ vormt de basis van het leerproces bij Artistieke vorming. 19

Beschouwen, creëren en reflecteren vormen de categorieën waaronder de leerplandoelen terug te vinden zijn. Een goede les Artistieke vorming bevat elementen uit die drie categorieën. In de praktijk is een les Artistieke vorming een heen en weer gaan tussen beschouwen, creëren en reflecteren. Die elementen stellen dus geen fasering voorop. Je kunt bijvoorbeeld een waarneming vastzetten in een creatie en daar dan over beschouwen. Door daarover te reflecteren, wordt het leren vastgezet: wat zijn gelijkenissen en verschillen tussen de creaties? Hoe komen ze over? Lessenreeks rond het thema ‘identiteit’ De presentatie gebeurt door middel van een minitheater. De leerlingen stellen zich aan elkaar voor via een samenwerking van beeld, muziek, poëzie en drama. Leerlingen onderzoeken wat hen typeert door zichzelf aan een dier of een ding te koppelen (bv. een kat want ik ben lui, de zon want ik ben een vrolijk persoon). Dat wordt uitgewerkt op een stevig stuk karton dat in het theater past. Hun gezicht wordt geschminkt en vormt het hoofd van het gekozen dier. De achtergrond wordt geschilderd waardoor er een specifieke context en sfeer ontstaat (bv. een kat zit op een dak met een sterrenhemel). Dat beeld wordt verder onderzocht via een gekozen lied dat de leerlingen zelf musiceren en/of zingen. Tot slot dragen de leerlingen als synthese een zelf geschreven gedicht voor met aandacht voor gezichtsuitdrukking (mimiek). Stef en Donatella – Inspirocollege Houthalen-Helchteren – co-teaching Cultuur onderzoeken binnen Artistieke vorming Het leerplan Artistieke vorming legt een accent op cultuur. Cultuur is een ruim begrip dat in het eindrapport van de Commissie Onderwijs en Cultuur gedefinieerd wordt als een proces van betekenisgeving. Mensen geven al denkend, handelend en communicerend betekenis aan de werkelijkheid. Cultuur maakt interactie mogelijk tussen mensen 20 onderling en tussen mensen en dingen. Cultuur omvat bijgevolg taal, muziek, beelden, gebaren, fysieke objecten (kleren, gebouwen, boeken, schilderijen), kennis, opvattingen, normen … Zo maken kunst, erfgoed en media integraal deel uit van cultuur (2008, gedeeld verbeeld). Cultuur in de Spiegel koppelt cultuur aan de vaardigheden waarnemen, verbeelden, conceptualiseren en analyseren. Cultuur ontstaat wanneer die vaardigheden doorlopen zijn (Van Heusden, B., Cultuur in de Spiegel). Artistieke vorming laat leerlingen onderzoeken hoe cultuur werkt en hoe we er betekenis aan geven: wat vinden we belangrijk? Hoe komt dat? Hoe is het elders? Cultuur omvat bijvoorbeeld gebruiken en rituelen, hoe we met elkaar omgaan en communiceren …, maar evengoed kunst en hoe we expressie geven aan cultuur. Bijvoorbeeld: door manieren van elkaar te begroeten enerzijds uit te beelden via beweging binnen drama en anderzijds via muziek, betrek je diverse mogelijkheden om cultuur te onderzoeken. Het is belangrijk om aan leerlingen de vraag te stellen welke bewegingen ze zoal maken wanneer ze iemand begroeten. De verschillen in intonatie bij het begroeten kunnen dan een muzikale insteek vormen. Eveneens kun je onderzoeken hoe interacties tussen mensen in diverse kunstwerken weergegeven worden. Deze afbeelding toont hoe cultuur wordt onderzocht door met kenmerken van verschillende artistieke vormen te creëren.

Leerlingen onderzoeken cultuur door te creëren waarbij ze eigenschappen combineren van diverse artistieke vormen. Daardoor krijg je een dieper inzicht in de verschillende kunstvormen en de betekenis van cultuur. Als je bijvoorbeeld de lijnvoering van een tekening omzet in beweging, dan ga je heel bewust stilstaan bij de betekenis ervan. Evengoed verklank je een architecturale constructie of onderzoek je een muzikale compositie door het schrijven van poëzie. Lessenreeks die vertrekt vanuit de film ‘Edward Scissorhands’ De leerlingen kiezen een fragment uit de film dat ze naspelen via drama en costumering. Ze kiezen voor een opstelling (tableau vivant) waarin ze de essentie van de scène weergeven. Die wordt dan vastgezet via fotografie. De sfeer van de foto wordt vervolgens versterkt door muziek. Tijdens het toonmoment wordt een foto voorzien van een soundscape. Nathalie – Guldensporencollege Kortrijk – één leraar geeft de lessen Artistieke vorming Interdisciplinair werken binnen Artistieke vorming Interdisciplinair werken met het leerplan Artistieke vorming betekent dat je artistieke expressievormen met elkaar verbindt. De volgende artistieke expressievormen dien je minimaal aan te raken tijdens de eerste graad secundair onderwijs: beeld, muziek, woord, drama, media, beweging (of dans). Per artistieke expressievorm is in een bijlage voorzien. Die bijlage dient ter inspiratie en is dus geen ‘te behalen’ lijst. Die lijst kan helpen om verbindingen te maken tussen artistieke expressievormen. Interdisciplinair werken met het leerplan Artistieke vorming betekent dat je artistieke expressievormen met elkaar verbindt. Het leerplan stelt voorop dat er telkens minstens twee artistieke expressievormen met elkaar verbonden worden. 21

Bijvoorbeeld: hoe kun je het ritme van een muziekstuk verbinden met het ritme van een beeld? Bijvoorbeeld: hoe kun je een versnelling in een muziekstuk in woord omzetten? We bespreken drie mogelijkheden om artistieke expressievormen met elkaar te verbinden. Uiteraard zijn er combinaties en variaties mogelijk. Idealiter vertrekken de leerlingen vanuit een onderzoeksvraag gekoppeld aan een waarneming. Bij de voorbeelden wordt telkens vertrokken vanuit de vraag: ‘Hoe is het om op een drukke markt rond te lopen?’ Een laagdrempelige manier om interdisciplinair te werken is een cultureel thema afzonderlijk te benaderen vanuit minstens twee artistieke expressievormen. Tijdens het toonmoment worden de artistieke expressievormen met elkaar verbonden. Dat is een beperkte manier om interdisciplinair aan de slag te gaan omdat de artistieke expressievormen tijdens het creëren niet actief met elkaar in interactie gaan. Bijvoorbeeld: leerlingen werken een collage uit rond het thema ‘drukke markt’. Daarnaast wordt dat thema aan de hand van stem en instrumenten muzikaal uitgewerkt. In het toonmoment wordt de opgenomen audio samen gepresenteerd met de gemaakte collage. Een tweede interdisciplinaire aanpak houdt in dat je creëert met een artistieke expressievorm en het resultaat gebruikt als basis om met een andere artistieke expressievorm op verder te werken. De interactie tussen de beide artistieke expressievormen staat daarbij centraler. Tijdens het toonmoment worden beide artistieke expressievormen samen gepresenteerd. Bijvoorbeeld: leerlingen onderzoeken vanuit verschillende invalshoeken hoe het is om op een drukke markt rond te lopen (bijvoorbeeld looplijnen, persoonlijke ruimte, bewegingen die mensen maken tijdens het verkopen, verbale en non-verbale communicatie). De ervaring van de markt wordt omgezet naar dans waarbij leerlingen zowel individueel als in groepjes op elkaar reageren. De onderzochte bewegingen worden vervolgens omgezet naar woord. Een mogelijk resul22 taat kan er als volgt uitzien ‘Kriskras en om ter luidst roepen. Over elkaar heen roepend plaats ik een bestelling. Rechte lijnen bestaan hier niet. Mensen verdwijnen in elkaar en worden één dreunende massa.’ Een derde manier om interdisciplinair aan de slag te gaan, is om artistieke expressievormen direct met elkaar te combineren. Ze worden constant op elkaar afgestemd en verbonden in de creatie(s). Tijdens het toonmoment versterken de artistieke expressievormen elkaar tot een geheel. Bijvoorbeeld: de leerlingen maken een wandeling op een drukke markt. Er worden foto’s genomen (bijvoorbeeld verschillende functies, scènes, houdingen), diverse audiofragmenten opgenomen (bv. dialoog tussen mensen, marktkramer, algemeen geluid, voorbijrijdende auto’s), looplijnen getekend van de weg die mensen afleggen (treuzelend, recht op het doel af, terugkerend, heen en weer). Vanuit de verzamelde gegevens ontwikkelen de leerlingen vervolgens een ‘geluid- en bewegingsspel’. De verschillende functies van de markt en de uiteenlopende manieren van gedrag worden uitgewerkt via mode. Tijdens het toonmoment presenteren de leerlingen hun ervaring van de markt. Gedrag en interacties worden weergegeven via een samenwerking van beeld (bijvoorbeeld een ‘treuzelend’ kostuum), geluid (via jabbertalk en body percussion) en drama (gesticulaties, mimiek). Cultuur maakt interactie mogelijk tussen mensen onderling en tussen mensen en dingen. En hoe organiseer je dat dan? Cultuur organiseren via verschillende artistieke expressievormen doe je niet zomaar in een lesuur. Uiteraard kun je eens een les spenderen aan een specifieke techniek of een culturele uitstap. Vaak zijn er echter kansen om daarop verder te werken en de les binnen een lessenreeks te

plaatsen. Dat geeft de leerlingen de kans cultuur breder te onderzoeken. Je kunt projectmatig werken rond thema’s waardoor je meer verdiepend kunt werken. Sommige scholen werken met een individuele leraar gekoppeld aan een klas, in andere scholen werken leraren dan weer samen, geven ze gelijktijdig les of ze wisselen de klasgroepen af. Coteaching hoeft niet te betekenen dat je de leerlingen steeds samen lesgeeft. Je kunt talentgericht differentiëren, afhankelijk van de opdracht. Iedere leraar is natuurlijk vrij om vanuit de eigen expertise de lessen in te vullen. Lessenreeks vanuit het thema ‘Materie’ Deze school kiest ervoor het leerplan Artistieke vorming, het leerplan Natuur, Ruimte & Techniek en ook de leerplannen geschiedenis en Mens & samenleving, thematisch aan elkaar te koppelen. Thema’s als materie en dynamiek worden in die vakken gelijktijdig behandeld om de leerlingen zo verbindingen tussen vakken te laten maken en een brede kijk te stimuleren. Vertrekkend vanuit het thema materie onderzoeken de leerlingen binnen Artistieke vorming heel zware en heel lichte materie. Ze bouwen een architecturale structuur waarin een tegenstelling verwerkt is, bijvoorbeeld een heel zware constructie met heel licht materiaal of een ogenschijnlijk lichte constructie gemaakt uit zware materialen. De betekenis van de constructie wordt versterkt door muziek toe te voegen (bijvoorbeeld een dramatisch muziekfragment bij een overweldigende constructie). Elien, Sarah en Amber, IVV Sint-Vincentius Gent, de lessen worden samen afgestemd, maar vaak apart gegeven. In de praktijk is een les Artistieke vorming een heen en weer gaan tussen beschouwen, creëren en reflecteren. Wil je inspiratie opdoen over de invulling van Artistieke vorming in de eerste graad of je invulling aftoetsen met andere scholen? Schrijf je dan in voor de nascholing op vrijdag 20 maart 2020 in de Guimardstaat in Brussel. Inschrijven kan via www.nascholing.be. Wens je graag een bezoek op school of heb je een specifieke vraag? Twijfel dan niet en contacteer ons! Eef Thoen [email protected] Nascholer Artistieke vorming Lut Favoreel [email protected] Pedagogisch begeleider Dienst Curriculum & vorming 23

1 Publizr

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
Home


You need flash player to view this online publication